Veelgestelde vragen over schijnzelfstandigheid

Veelgestelde vragen over schijnzelfstandigheid
image_pdfimage_print

De Rijksoverheid heeft op haar website <klik hier> zeventien vragen met antwoorden gepubliceerd over schijnzelfstandigheid. Wij hebben hiervan een paar belangrijke op een rijtje gezet. 

Zelfstandigheid of loondienst; de reden voor inzet speelt geen rol 

Het is mogelijk dat een opdrachtnemer kwalificeert als zzp’er wanneer een opdrachtgever deze inzet bij ziekte of drukte. De reden voor het inzetten van een zzp’er speelt namelijk geen rol bij de vraag of het gaat om werken als zelfstandige of in loondienst. Dit hangt af van de feiten en omstandigheden waaronder in de praktijk wordt gewerkt. Werkt de opdrachtnemer onder aansturing en/of gezag, dan gaat het om loondienst; bijvoorbeeld wanneer de werkzaamheden van een werknemer één-op-één worden overgenomen. Ontbreekt de gezagsverhouding, dan is geen sprake van loondienst. 

Wendbare arbeidsvormen en oproepkrachten 

De Rijksoverheid geeft voorbeelden van hoe een bedrijf voldoende wendbaar kan worden gehouden. Naast het aannemen van werknemers op tijdelijke basis of het gebruikmaken van uitzendkrachten, noemt de overheid ook zelfroostering (waarbij werknemers zelf hun roosters maken), flexpools (waarbij werknemers flexibel inzetbaar zijn op verschillende werkplekken), oproepkrachten en afspraken volgens een jaarurennorm. Een jaarurennorm is de afspraak over een vast aantal uren per jaar. De dagen en uren waarop wordt gewerkt, kunnen dan flexibel zijn, terwijl het loon gelijkmatig over het jaar wordt verspreid. 

Ten aanzien van oproepkrachten wijzen wij erop dat er waarschijnlijk veranderingen aankomen met betrekking tot hun contracten. Zo zullen nuluren- en min-maxcontracten in de meeste gevallen worden afgeschaft en vervangen door bandbreedtecontracten. Contracten met een jaarurennorm zullen worden aangescherpt. Dit staat in het wetsvoorstel Meer zekerheid flexwerkers, dat op 16 mei 2025 bij de Tweede Kamer is ingediend. 

Risico’s bij schijnzelfstandigheid 

Als een zzp’er niet wil dat zijn of haar contract wordt omgezet naar een arbeidsovereenkomst, terwijl sprake is van schijnzelfstandigheid, kun je in gesprek gaan over de risico’s. Partijen zijn beide verantwoordelijk voor de juiste contractvorm. Een voorkeur voor een contract op basis van zelfstandigheid speelt geen rol. Het gaat om de feiten en omstandigheden waaronder in de praktijk wordt gewerkt. Mogelijk moet de zzp’er bij schijnzelfstandigheid bepaalde belastingvoordelen (zoals de zelfstandigenaftrek) terugbetalen. Daartegenover staan de voordelen van het werknemerschap, zoals het recht op ontslagbescherming, het minimum- of het cao-loon en loondoorbetaling bij vakantie. Bovendien worden de premies voor werknemersverzekeringen door de werkgever betaald. 

Als een zzp’er zich via een eigen bv laat inhuren, kan nog steeds sprake zijn van schijnzelfstandigheid. In sommige gevallen is de Belastingdienst van mening dat een dergelijke BV geen reële waarde heeft. Wanneer de zzp’er in de praktijk werkt onder gezag van een opdrachtgever, gaat het om werken in loondienst bij die opdrachtgever. 

Ondernemerscheck vs. hetjuistecontract.nl 

Het verschil tussen de Ondernemerscheck en hetjuistecontract.nl is als volgt: de Ondernemerscheck helpt bepalen of iemand ondernemer is voor de inkomstenbelasting, terwijl hetjuistecontract.nl inzicht geeft of een bepaalde arbeidsrelatie kwalificeert als overeenkomst van opdracht (zzp) of arbeidsovereenkomst (loondienst). Zo kan een zzp’er in een bepaalde arbeidsrelatie als werknemer kwalificeren, terwijl hij of zij in andere arbeidsrelaties zzp’er blijft. In alle gevallen zijn de feiten en omstandigheden bepalend voor de kwalificatie. 

Wilt u helderheid over de gevolgen van schijnzelfstandigheid voor uw organisatie? Neem gerust contact op met jouw EFK-adviseur, ons secretariaat op 072-5350525 of e-mail ons via info@efkbelastingadviseurs.nl. 

Majda Nassih