Kostendekkende heffingen en compensabele btw

Kostendekkende heffingen en compensabele btw
image_pdfimage_print

Twee recente uitspraken van de Hoge Raad over rioolheffing en compensabele btw maken maar weer eens duidelijk, dat niet overal de compensabele btw tot de lasten wordt gerekend en dus van invloed is op het tarief. Hoogste tijd deze mogelijkheid nog eens te benadrukken.

Bij invoering van het BTW-compensatiefonds in 2003 zijn ook in de Gemeentewet wijzigingen doorgevoerd. In artikel 228 en 229b zijn speciale passages opgenomen dat tot het tarief van de kostendekkende heffing mede mag worden gerekend de btw, die voor een bijdrage uit het BTW-compensatiefonds in aanmerking komt. Het effect hiervan zal zijn dat de gemeenten boekhoudkundig meer zullen ontvangen, dan dat zij als uitgaven administratief vastleggen. Dit betekent echter geenszins dat de baten de lasten overtreffen. Dit wordt door de Hoge Raad in 2019 nog maar eens bevestigd in twee arresten.

De twee arresten vertonen opvallend veel gelijkenissen. De Hoge Raad publiceert beide zaken op dezelfde dag, het gaat om de rioolheffing, de gemeenten en de belanghebbende verschillen, namelijk Steenwijkerland met een woningstichting <klik hier> en Noordenveld met een woningcorporatie <klik hier>. Het doel van beide procedures is aan te tonen dat de gemeenten meer in rekening hebben gebracht dan dat er aan kosten/investeringen zijn, waardoor de verordeningen onverbindend zouden zijn.

Casus Steenwijkerland

In deze zaak heeft de woningstichting ernstige twijfels of de kosten voor het baggeren van watergangen, het onderhoud van oeverbeschermingen, beheer en onderhoud vaarwegen waterschap en het maaien en onderhoud van sloten tot de kosten mogen worden gerekend. Het Hof heeft vastgesteld dat de kosten betrekking hebben op het inzamelen van afvloeiend hemelwater en de verwerking daarvan. Die kosten hebben daardoor een zijdelingsverband met de riolering waardoor deze kosten (geheel of gedeeltelijk) mogen worden verhaald via de rioolheffing. Voor de ‘veegkosten’ is het (zijdelingse) verband niet aangetoond. Maar nu bracht de compensabele btw redding! Aanvankelijk is de compensabele btw niet opgenomen geweest in het rioolheffingstarief. Daar de compensabel btw groter is dan de geschrapte veegkosten, bleken de lasten nog steeds groter te zijn dan de baten. De verordening waarop de rioolheffing is gebaseerd, is niet onverbindend verklaard.

Casus Noordenveld

Deze zaak is ogenschijnlijk eenvoudig. De gemeente raamt meer lasten dan baten (ruim € 55.000), maar twee lasten worden ter discussie gesteld: schouwkosten (€ 182.438) en btw activa en exploitatie (€ 433.567). Zodra één van beide groep ten onrechte opgenomen zou zijn zou de verordening onverbindend kunnen worden verklaard. De schouwkosten hebben te maken met de inzameling en verwerking van hemelwater (gemeentelijke zorgplicht r.o. 2.3.2.) en mogen worden verhaald via de rioolheffing.

Over de btw, die in aanmerking komt voor een bijdrage uit het BTW-compensatiefonds, bestaat in het algemeen geen twijfel. Deze uitgaven mogen, onder verwijzing de wetsbepaling en Kamerstukken, worden meegenomen als lasten, ter bepaling van het tarief. Spannender wordt het ten aanzien van de (netto) kapitaalasten en de daarover berekende btw. Daar kapitaalslasten bestaan uit afschrijvingslasten en een rentecomponent, wordt in de systematiek ook btw berekend over rente
(€ 190.770). In zijn algemeenheid een niet veel voorkomend fenomeen. Onverbindendheid dreigt!

Maar zoals vaker met het BTW-compensatiefonds, biedt ook hier de wetshistorie de oplossing. De invoering van het BTW-compensatiefonds heeft een verandering teweeg gebracht in de financiering van gemeenten door het Rijk. Het is niet de bedoeling geweest dat die verandering ook tot gevolg zou hebben dat de gemeenten naar derden toe hun tarieven dienden aan te passen. Door toe te staan dat de compensabele btw als last mag worden opgenomen is een lastenverschuiving voorkomen. Kortom de gemeenten kunnen hun tarieven van voor invoering BTW-compensatiefonds, ook na invoering handhaven.

Niet alleen de hoogte van de tarieven, maar ook de daaraan ten grondslag liggende berekeningen mogen van de Hoge Raad worden gehandhaafd. Daar voorheen investeringen inclusief btw werden geboekt, en onderdeel uitmaken van het vermogensbeslag bij de gemeente, mag ook rente worden berekend over het niet afgeschreven deel van de investering, inclusief btw.

Gemeentelijk belang

In een tijd dat gemeentefinanciën onder druk staan, is het zinvol nog eens naar de kostendekkende heffingen van een gemeente te kijken en te beoordelen of de compensabele btw – bij het vaststellen van het tarief – tot de lasten is gerekend.

Tip: beoordeel tevens of de overheadkosten deels zijn meegerekend. Het is hierbij handig dat voor de verdeling van de overhead voor de kostendekkende heffingen, voor de forfaitaire percentages en voor de vennootschapsbelasting één eenduidige systematiek wordt gehanteerd.

Mocht u meer willen weten over de mogelijkheden tot verdeling van overheadkosten (vanaf 2017) en wat EFK Belastingadviseurs voor de gemeente kan betekenen, neem contact met ons op via 072-5350525 of stuur een e-mail naar info@efkbelastingadviseurs.nl.