
Rechtbank Noord-Nederland heeft op 22 april 2025 uitspraak gedaan in een door EFK Belastingadviseurs gevoerde procedure over het toepassen van de uitsluitingsgronden van artikel 4, eerste lid, van de Wet op het BTW-compensatiefonds (hierna: het BCF).
In de procedure staat de bouw van een nieuw gemeentehuis centraal. Een deel van het nieuwe gemeentehuis wordt gebruikt voor het verrichten van schuldhulpverleningsdiensten. De gemeente heeft verzocht om teruggaaf van de btw op de bouwgerelateerde kosten via het BCF. De Belastingdienst wijst het verzoek, voor het deel dat toerekenbaar is aan de schuldhulpverleningsdiensten af, omdat zij van mening is dat de uitsluitingsgronden van het BCF van toepassing zijn.
Oordeel Rechtbank Noord-Nederland
Om te beginnen overweegt de Rechtbank dat bedoelde uitsluitingsgronden uitzonderingen vormen op de hoofdregel van artikel 3 van het BCF, dat compensatie mogelijk maakt. Het is aan de Belastingdienst om (kort gezegd) aannemelijk te maken dat minstens één van de bedoelde uitsluitingsgronden van toepassing is.
Toepassing artikel 4, eerste lid, onderdeel a van het BCF
Voor het van toepassing zijn van artikel 4, eerste lid, onderdeel a van het BCF oordeelt de Rechtbank dat de uitzondering (de zogenoemde “individuele verstrekking”) niet aan de orde is, omdat geen sprake is van leveringen en diensten die worden gebezigd om te worden verstrekt, verleend of ter beschikking gesteld aan een of meer individuele derden. De gemeente levert immers geen diensten van architecten, aannemers e.d. door aan haar burgers en geleverde bouwmaterialen e.d. worden ook niet doorgeleverd aan burgers. Daarnaast wordt het gemeentehuis niet (deels) ter beschikking gesteld aan één of meer individuele burgers.
De “individuele verstrekking” is namelijk alleen aan de orde indien de verstrekking aan derden ten goede komt voor het feitelijk gebruik of verbruik door deze derden.
Toepassing artikel 4, eerste lid, onderdeel b van het BCF
De Belastingdienst is van mening dat artikel 4, eerste lid, onderdeel b van het BCF van toepassing is, ondanks dat de vrijstelling voor schuldhulpverlening is gekoppeld aan het niet hebben van een winstoogmerk en dus niet geldt voor alle ondernemers die schuldhulpverleningsdiensten verrichten.
Voor het van toepassing zijn van artikel 4, eerste lid, onderdeel b van het BCF oordeelt de Rechtbank dat ook deze uitzondering niet aan de orde is. De uitzondering geldt alleen als de goederen en diensten worden gebruikt voor het verrichten van prestaties, al dan niet tegen vergoeding, die, indien zij door een ondernemer worden verricht, wettelijk zijn vrijgesteld ingevolge artikel 11 van de Wet op de omzetbelasting 1968. Daarvan is in dit geval geen sprake. De Rechtbank concludeert zelfs, op grond van een arrest van de Hoge Raad van 14 april 2023, dat de vrijstelling voor schuldhulpverleningsdiensten in het geheel niet van toepassing is.
Gemeentelijke praktijk
In ieder geval bij nieuwbouw of verbouwingen van gemeentehuizen en vergelijkbare gemeentelijke gebouwen is de uitspraak relevant. Daarnaast kan dit ook gunstige gevolgen hebben voor de aan de schuldhulpverlening zelf toe te rekenen btw op exploitatiekosten en investeringen. Maar dezelfde gevolgen kunnen ook optreden voor andere activiteiten in de sociaal-culturele sfeer van de gemeente als niet-ondernemer, die ook door ondernemers worden verricht, zoals bijvoorbeeld in het algemeen maatschappelijk werk of het jeugdwerk.
Daarnaast kan in het algemeen worden gesteld dat de Rechtbank lijkt te concluderen dat de ‘individuele verstrekking’ alleen van toepassing is op verstrekkingen één-op-één Hierdoor zal in (veel) meer gevallen dan tot nu toe gedacht geen sprake zijn van een ‘individuele verstrekking’.
Naar onze mening kan bij de doorwerking van de uitspraak van de Rechtbank ook worden gedacht aan correcties van BCF-opgaven uit het verleden, dat wil zeggen vanaf 2020.
Het is nog niet bekend of de Belastingdienst hoger beroep zal instellen tegen de uitspraak. Wij houden je, zoals je van ons gewend bent, uiteraard op de hoogte. Heb je vragen over de procedure en/of wat de uitspraak voor jouw organisatie betekent? Neem gerust contact op met jouw EFK-adviseur, ons secretariaat op 072-5350525 of e-mail ons via info@efkbelastingadviseurs.nl.