Maak kennis met het nieuwe EFK Fiscaal Beheersysteem

Het EFK Fiscaal Beheersysteem (EFK FBS) heeft dit jaar een significante upgrade ondergaan. Het nieuwe platform garandeert de beste beveiliging en prestaties, biedt geavanceerde functionaliteiten en is geïntegreerd met kunstmatige intelligentie (AI). 

Het vernieuwde systeem is naadloos geïntegreerd in de gemeentelijke Microsoft Teams-omgeving, zodat u de fiscale dossiers kunt opbouwen met een directe link naar uw eigen EFK-adviseur. Het systeem bevat nieuwe functies die ondersteunen bij uw fiscale controles, zoals geïntegreerde steekproeven (geschikt voor de Belastingdienst), data-analyses voor onder andere de werkkostenregeling en door de Belastingdienst goedgekeurde controlematrixen. De functies zijn ideaal voor het opbouwen van fiscale dossiers, het opzetten en beheren van een Tax Control Framework, of ter ondersteuning van een Doorontwikkeling Horizontaal Toezicht-proces.

Enkele hoogtepunten van het nieuwe systeem:

  • de hoogste beveiligingsnormen en -protocollen;
  • een geoptimaliseerde gebruikersinterface die de toegankelijkheid en aanpasbaarheid vergroot;
  • ondersteuning voor Tax Compliance en Doorontwikkeling Horizontaal Toezicht met een statistiekmodule voor steekproeven en templates;
  • een vernieuwde kennisbank met een AI-assistent (Tessa) die specifiek is ontwikkeld voor gemeentelijke belastingen (btw/BCF, loonheffingen en vennootschapsbelasting).


Kosteloze demoperiode van 6 weken!

Bent u nieuwsgierig naar wat dit vernieuwde systeem voor uw organisatie kan betekenen? Wij bieden u een gratis inkijkperiode van 6 weken aan, zodat u zelf de voordelen van het EFK FBS kunt ervaren. In deze periode kunt u ook kennismaken met onze AI-assistent Tessa en de andere innovatieve functies. Heeft u na de proefperiode interesse? Dan kunt u eenvoudig een abonnement afsluiten. Maak nu gebruik van deze unieke mogelijkheid en neem contact op met Henk Roosendaal via e-mail: hroosendaal@efkbelastingadviseurs.nl of telefoon: 06 19667278.




Twee geslaagde fiscale stadswandelingen door Maasdriel en Zaltbommel

Afgelopen maanden heeft onze collega Henk Zuidersma twee geslaagde fiscale stadswandelingen verzorgd in gemeenten Maasdriel en Zaltbommel. De wandelingen gaven de deelnemers niet alleen de kans de rijke geschiedenis en het karakter van beide steden te ontdekken, maar ook de fiscale aspecten van de gemeentelijke projecten en stadsontwikkeling in de praktijk te ervaren.

Tijdens de wandelingen leidde Henk de groepen door de straten van Maasdriel en Zaltbommel, waarbij hij de lokale fiscale vraagstukken en de bijbehorende fiscale mogelijkheden op een toegankelijke manier toelichtte. Van stadsvernieuwing tot duurzaam groenbeheer, elk project bood waardevolle inzichten in de fiscale uitdagingen waar gemeenten dagelijks mee te maken hebben. Deelnemers ontvingen concrete handvatten die zij direct in hun eigen werk kunnen toepassen.

Deelnemer Petra van Wilgenburg sprak haar enthousiasme uit:
“Het was een leuke, ludieke manier om inzicht te krijgen in de fiscaliteit binnen de gemeente. De plekken waar wij stil stonden waren heel divers en stuk voor stuk interessant. De wat grotere projecten werden afgewisseld met kleine dingen, zoals een ondergrondse container, een laadpaal of een stroomhuisje van Liander. Vooral die laatste waren erg interessant omdat wij ons meteen afvroegen: hoe zit dat eigenlijk bij ons? Hebben wij daar wel aandacht voor gehad, enzovoort.”

De fiscale stadswandeling biedt een unieke gelegenheid fiscale kennis op een praktische en informele manier te combineren met de lokale geschiedenis en ontwikkelingen van een stad of gemeente. Het is een waardevolle ervaring voor iedereen die betrokken is bij het beheer van de openbare ruimte, stadsplanning of gemeentelijke projecten. Bovendien is het een inspirerende gelegenheid om met collega’s ervaringen, ideeën en projecten uit te wisselen.

Als je ook geïnteresseerd bent in het organiseren van een fiscale stadswandeling in jouw stad of gemeente, dan horen wij het graag! Wij verzorgen de stadswandelingen op maat, waarbij wij samen met jou de specifieke fiscale vraagstukken van jouw regio belichten. Contact opnemen kan via jouw eigen EFK-adviseur, ons secretariaat via 072-5350525 of stuur een e-mail naar training@efkbelastingadviseurs.nl.




Start 2025 met de EFK Academy: Versterk jouw fiscale kennis in de publieke sector

De start van het nieuwe jaar is het perfecte moment om jouw fiscale expertise te vergroten en de EFK Academy staat klaar om je daarbij te ondersteunen! Of je nu jouw kennis wilt opfrissen of verder wilt verdiepen, bij ons ben je aan het juiste adres. Als hét opleidingsplatform voor fiscale kennis en vaardigheden binnen publieke organisaties, bieden wij een breed aanbod aan trainingen die specifiek zijn ontworpen voor de fiscale uitdagingen van de publieke sector.

Praktijkgerichte opleidingen voor elke behoefte

Bij de EFK Academy richten wij ons op het vergroten van het fiscaal bewustzijn en het versterken van praktische vaardigheden. Ons opleidingsaanbod varieert van basiscursussen tot gespecialiseerde modules en is geschikt voor professionals van elk niveau. Wij leren je niet alleen de theorie, maar helpen jou ook deze direct toe te passen in de dagelijkse praktijk. Denk hierbij aan het herkennen van fiscale risico’s, het optimaliseren van fiscale processen en het inzetten van actuele wet- en regelgeving.

Trainingen

BTW/BCF

Onze btw/BCF-trainingen worden gegeven door specialisten welke dagelijks werkzaam zijn voor publiekrechtelijke organisaties en zijn speciaal ontwikkeld voor gemeenten en andere publieke organisaties die te maken hebben met complexe fiscale kwesties. Het doel van de trainingen is:

  • Essentiële btw-processen te begrijpen en toe te passen in de gemeentelijke context;
  • Fiscaal bewustzijn te vergroten en signaleringsvaardigheden te versterken;
  • Zelfstandig praktijksituaties op te lossen en gefundeerde beslissingen te nemen.


Vennootschapsbelasting

Onze VPB-trainingen helpen je expertise op te bouwen in de fiscale regelgeving rondom de vennootschapsbelasting. De kennis stelt je in staat complexe vraagstukken effectief aan te pakken en strategisch af te handelen. Na de training ben jij in staat:

  • De basisbeginselen van de vennootschapsbelasting te doorgronden;
  • Situaties te identificeren waarin VPB-principes relevant zijn en de fiscale gevolgen ervan te begrijpen;
  • Strategisch inzicht te verkrijgen om fiscale doelstellingen te optimaliseren.


Loonheffingen

Onze LH-trainingen bieden inzicht in loonheffingen,  arbeidsvoorwaarden, werkkostenregeling, inhuur en de aangifteprocessen. Met de trainingen krijg jij de kennis, zodat de organisatie effectief kan omgaan met complexe vraagstukken rondom loonheffingen. Het doel van de trainingen is:

  • Actuele ontwikkelingen en regelgeving op het gebied van loonheffingen te begrijpen;
  • Complexe loonheffingsprocessen te beheersen en problemen zelfstandig op te lossen;
  • Bijdragen aan het optimaliseren van arbeidsvoorwaarden en fiscale voordelen voor gemeenteambtenaren.


Besluit Begroting en Verantwoording

Onze BBV-trainingen zijn gericht op professionals die verantwoordelijk zijn voor de financiële verantwoording en rapportage binnen de publieke sector. Het doel van de trainingen is:

  • Te voldoen aan de eisen van financiële verantwoording en rapportage.
  • Een effectieve Planning- en Controlcyclus op te zetten en te beheren.
  • Strategisch gebruik te maken van BBV-bepalingen om financiële doelstellingen te bereiken.


Maatwerk met in-house trainingen

Naast ons standaard aanbod bieden wij ook in-house trainingen aan, volledig afgestemd op de specifieke leerbehoeften van jouw organisatie. Zo gaf gemeente Boekel het volgende aan over de in-house training WKR: “Wij hebben de inhouse training over de werkkostenregeling als heel positief ervaren. De trainer heeft op een interactieve manier met behulp van herkenbare praktijkvoorbeelden over een vrij theoretisch onderwerp, twee boeiende dagdelen gemaakt!”

Gratis intakegesprek!

Wij begrijpen dat elke organisatie unieke uitdagingen en leerbehoeften heeft. Daarom bieden wij een gratis intakegesprek aan samen een gepersonaliseerd opleidingsplan op te stellen, dat perfect aansluit bij de behoeften van jouw organisatie. Dit gesprek helpt ons een optimaal leertraject te samenstellen, zodat jouw collega’s zich effectief kunnen ontwikkelen en jouw organisatie fiscaal verantwoord kan opereren.

Heb je vragen of wil je meer informatie? Bel ons gerust op 072 5350525 of stuur een mail naar training@efkbelastingadviseurs.nl. Maak van 2025 het jaar waarin jij en jouw team fiscale uitdagingen met vertrouwen aangaan!




8% belastingrente in geding

Op 7 november 2024 heeft rechtbank Noord-Nederland een belangrijke uitspraak gedaan over de hoogte van de belastingrente van 8% die wordt gehanteerd bij de vennootschapsbelasting over het belastingjaar 2021. Inmiddels bedraagt de belastingrente per 1 januari 2024 10%. 

De rechtbank heeft geoordeeld dat het rentepercentage voor de vennootschapsbelasting in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. De toetsing aan het evenredigheidsbeginsel is uitgevoerd omdat het besluit waarin de tariefstelling van de belastingrente is geregeld geen wetgeving in formele zin betreft. Tot de coronacrisis was de hoogte van de belastingrente wel opgenomen in een formele wet en was toetsing aan het evenredigheidsbeginsel niet mogelijk.

Volgens de rechtbank heeft de regelgever op basis van de beschikbare onderbouwing niet redelijkerwijs kunnen besluiten dat de belastingrente voor de vennootschapsbelasting dient te worden gekoppeld aan de wettelijke rente voor handelstransacties (met een ondergrens van 8%). Een nog niet geformaliseerde materiële belastingschuld kan niet worden beschouwd als een handelsvordering. De belastingplichtige ondernemer heeft een schuld aan de overheid op grond van een belastingwet en niet op basis van een contract of handelsrelatie.

Het percentage van 8% is in absolute zin hoog en bedraagt feitelijk het dubbele van wat andere belastingplichtigen zijn verschuldigd. De rechtbank stelt dat voor een betalingsverzuim de regeling geldt van de invorderingsrente. Bij de belastingrente gaat het echter specifiek om het tegengaan van het niet tijdig of onjuist doen van aangifte, wat leidt tot uitstel van het vaststellen van de belastingaanslag. Desondanks sluit de regelgever aan bij sancties die horen bij een betalingsverzuim, door te verwijzen naar de wettelijke rente uit het Burgerlijk Wetboek. Dit leidt ertoe dat de belastingrente is verlaagd naar 4%, conform de rente die geldt voor andere middelen. Hiermee is de belastingrente gehalveerd.

Het is op dit moment nog niet bekend of de fiscus in hoger beroep gaat. De uitspraak is op dit moment wel al relevant voor alle belastingplichtigen aan wie ná 1 januari 2022 rente in rekening is gebracht op de aanslag vennootschapsbelasting. Als aan uw organisatie belastingrente is berekend na deze datum, dan adviseren wij u bezwaar aan te tekenen tegen de definitieve aanslag, onder verwijzing naar de uitspraak van de rechtbank.

Heeft u vragen over de belastingrente of hulp nodig bij het opstellen en indienen van een bezwaar tegen de in rekening gebrachte belastingrente? Neem dan contact op met uw EFK-adviseur of ons secretariaat via 072-5350525, of stuur een e-mail naar info@efkbelastingadviseurs.nl.




Een kostenvergoeding voor de (privé) laadpaal

In het kader van het behalen van duurzaamheidsdoelstellingen zijn veel werkgevers bereid mee te denken in groene arbeidsvoorwaarden. Zo stappen veel werkgevers over naar een wagenpark van elektrische auto’s. Bij een elektrische auto verstrekken werkgevers wel eens een laadpaal aan huis. De werknemer maakt in dat geval elektrakosten voor het opladen van de ter beschikking gestelde auto. De loon belastingaspecten rondom de vergoeding van elektriciteit voor het opladen van een auto zijn complex. Dat dit complex is, blijkt ook uit het feit dat de Belastingdienst binnen/na twee jaar haar mening ten aanzien van de kostenvergoeding heeft gewijzigd. 

De elektrische auto van de zaak

Dit stuk gaat over werknemers die een auto ter beschikking gesteld hebben gekregen van de werkgever. Dit zijn de auto’s die door werknemers ook voor privédoeleinden mogen worden gebruikt. Vanuit een loonbelastingperspectief geldt dan dat alle kosten die samenhangen met de auto, kwalificeren als intermediaire kosten. Dat betekent dat als de werkgever de kosten draagt voor bijvoorbeeld het wassen, het tanken en het parkeren van de auto, dit geen loon vormt. In de basis is de vergoeding of verstrekking van een laadpaal ook aan te merken als intermediaire kosten en datzelfde geldt voor de vergoeding van de elektriciteit.

Maar hoe wordt bepaald wat de kosten zijn voor elektriciteit? Dit is afhankelijk van meerdere factoren en de Belastingdienst heeft recent haar standpunt gewijzigd (KG: 204: 2024: 13) ten opzichte van haar standpunt uit 2022 (KG: 204:2022:31). De hoofdregel is dat intermediaire kosten geen loon vormen en dat een vergoeding van de kosten niet hoger mag zijn dan de werkelijke uitgaven die de werknemer heeft gemaakt. Als de vergoeding van kosten hoger is dan de werkelijke kosten, dan wordt dit beschouwd als een voordeel dat voortkomt uit de dienstbetrekking en is daarom belast.

De elektriciteitskosten voor de laadpaal van de auto van de zaak zijn intermediaire kosten. De vraag die voorligt is of dit de extra kosten zijn die de werknemer kwijt is aan de energiemaatschappij of dat moet worden uitgegaan van de integrale kostprijs per kWh. De kennisgroep is van mening dat moet worden uitgegaan van de integrale kostprijs per kWh om te beoordelen hoe hoog de intermediaire en dus de onbelaste vergoeding is.

De prijs die de werknemer per kWh betaalt, wordt bepaald door zijn variabele en vaste kosten gedeeld door het aantal door hem verbruikte kWh.

De vervolgvraag is of het mogelijk is voor de werkgever een vergoeding voor intermediaire kosten te geven op basis van een gemiddelde elektriciteitsprijs. Het zou dan gaan om een vaste vergoeding voor alle werknemers. Volgens de kennisgroep van de Belastingdienst is dit niet mogelijk. De reden daarvoor is dat teveel variatie bestaat bij het bepalen van de integrale kostprijs. Zo zijn verschillende soorten energiecontracten mogelijk en kan het bovendien uitmaken of werknemers zelf stroom opwekken met zonnepanelen. Bovendien kan sprake zijn van laadpalen die energie terug kunnen leveren aan het net.

Als de werkgever toch een vaste vergoeding wil geven voor intermediaire kosten, dan zal deze aannemelijk moeten maken dat de vaste vergoeding lager is dan de integrale kostprijs voor alle werknemers, aldus de Belastingdienst. Hiervoor is een onderzoek nodig dat is gebaseerd op een homogene groep werknemers. Omdat de privésituatie van werknemers veelal verschillend is, is het moeilijk een homogene groep te identificeren. Een vaste kostenvergoeding voor de elektriciteitskosten is volgens de Belastingdienst daarmee een onhaalbare kaart.

Wat is wel mogelijk volgens de Belastingdienst?

Het is mogelijk dat werkgevers en werknemers afspraken maken over de doorlevering van energie. Dit dient te gebeuren onder zakelijke voorwaarden. De reden hiervoor is dat wanneer de voorwaarden niet zakelijk zijn, dit kan worden gezien als een voordeel dat moet worden belast.

Wat is een zakelijke vergoeding?

Sommige werkgevers hanteren de methode van de gemiddelde energieprijs, zoals vastgesteld door het CBS. De Belastingdienst is van mening dat dit niet correct is voor het bepalen van de zakelijke vergoeding. De reden hiervan is dat de energieprijzen van het CBS zowel nieuwe (duurdere) als oude (goedkopere) prijzen bevatten.

Voor het vaststellen van de zakelijke prijs dient te worden uitgegaan van de prijs in de markt op het moment dat de afspraak tussen de werkgever en de werknemer wordt gemaakt. De Belastingdienst geeft vervolgens niet aan op welke wijze de zakelijke prijs wél moet worden vastgesteld.

Als voorbeeld noemt de Belastingdienst een situatie waarin werkgever en werknemer per 1 september 2024 de afspraak maken dat elektriciteitskosten voor het opladen van de auto via de (privé)meter van de werknemer worden vergoed. De vergoeding bedraagt EUR 0,26 per kWh en de afspraak geldt tot 1 september 2025. De afspraak kan als zakelijk worden aangemerkt, omdat de vergoeding binnen de bandbreedte blijft van de prijzen per kWh die op 1 september 2024 in de markt worden aangeboden, bij een looptijd van één jaar.

Niet duidelijk is op basis van welke bron de zakelijke prijs wordt vastgesteld. Het lijkt erop dat het voldoende is te kijken naar een (of meer) aanbieders om de zakelijke prijs vast te stellen. Hieronder een voorbeeld waarbij een simpele zoekopdracht (d.d. 25 november 2024) bij één van de grote energieleveranciers het volgende oplevert.

Praktische tips

  • Inventariseer in hoeverre werknemers een kostenvergoeding ontvangen voor de elektriciteitskosten voor het thuis opladen van de auto van de zaak.
  • Als dat het geval is, voldoet de kostenvergoeding dan aan de voorwaarden zoals gesteld door de Belastingdienst?
  • Als dat niet het geval is, beoordeel wat de zakelijk prijs zou moeten zijn.
  • Is de zakelijke prijs lager dan de gehanteerde kostenvergoeding, dan kwalificeert het meerdere als loon.


Meer weten?

Heb je vragen of wil je meer informatie? Bel ons gerust op 072-5350525 of stuur een mail naar info@efkbelastingadviseurs.nl  Maak van 2025 het jaar waarin jij en jouw team fiscale uitdagingen met vertrouwen aangaan!




Vrije ruimte verhoogd naar 2,00%

Per 1 januari 2025 stijgt het percentage voor de vrije ruimte ten aanzien van de eerste WKR-schijf van 1,92% naar 2,00%. Dit percentage zal twee jaar later per 1 januari 2027 verder stijgen naar 2,16%. 

De Tweede Kamer heeft het amendement waarin het voorstel tot verhoging van de vrije ruimte is opgenomen, op 14 november 2024 officieel aangenomen [klik hier voor de stukken]. Dit houdt in dat per 1 januari 2025 het percentage over de eerste € 400.000 van de fiscale loonsom omhooggaat van 1,92% naar 2,00%. Voor de fiscale loonsom vanaf € 400.000 blijft de 1,18% van toepassing.

Per 1 januari 2027 is de verwachting dat de vrije ruimte nog verder wordt verhoogd. Voor de loonsom tot € 400.000 stijgt het percentage voor de vrije ruimte dan verder van 2,00% naar 2,16%. Ook voor 2027 geldt dat voor de fiscale loonsom vanaf € 400.000 de 1,18% vrije ruimte van toepassing blijft.

Het voorstel wordt half december gepresenteerd aan de Eerste Kamer. Vanzelfsprekend houden wij dit in de gaten en als wijzigingen optreden, informeren wij u via de EFK-nieuwsbrief.

Vragen over de werkkostenregeling of heeft uw organisatie behoefte aan een WKR-training? Neemt u dan gerust contact op met uw EFK-belastingadviseur of centraal via 072-5350525 of stuur een e-mail naar info@efkbelastingadviseurs.nl.




Kerstpakketten: Ho ho ho! Denkt u ook aan de btw en loonheffingen?

De blaadjes vallen van de bomen, Sinterklaas is in het land en dat betekent dat de Kerstman binnenkort ook weer bij velen langs kan komen. Jaarlijks zien wij de kerstpakketten terugkomen in de administratie van publiekrechtelijke lichamen. In dit artikel staan wij stil bij de meest voorkomende loonheffingen en btw vragen over het verstrekken van kerstpakketten.

Is het kerstpakket loon?

Het klassieke kerstpakket waarbij de werknemer allerlei lekkers ontvangt en nog wat leuke snuisterijen, kwalificeert wel degelijk als loon. Loon is namelijk ‘al hetgeen uit dienstbetrekking of vroegere dienstbetrekking wordt genoten, daaronder mede begrepen hetgeen wordt vergoed of verstrekt in het kader van de dienstbetrekking’. Dat is een hele mond vol, maar het impliceert dat een werkgever iets geeft aan een werknemer, zoals een kerstpakket. De reden dat het kerstpakket wordt gegeven is uiteraard gelegen in het feit dat iemand werknemer is.

Met andere woorden: het kerstpakket vormt loon en daarover zal loonbelasting moeten worden betaald. In theorie kan de rekening worden neergelegd bij de werknemer. Dan wordt het kerstpakket zichtbaar op de salarisstrook (gebruteerd). De meeste werkgevers vinden dit onwenselijk en besluiten de kosten in aanmerking te nemen als eindheffingsloon onder de werkkostenregeling. Dat betekent dat de kerstpakketten worden gealloceerd aan de vrije ruimte. Bij het overschrijden van de vrije ruimte is 80%- eindheffing verschuldigd.

Voor de volledigheid merken wij op dat bovenstaande ook geldt voor cadeaubonnen of als een werknemer afziet van een kerstpakket en de gelden worden gestort aan een goed doel naar keuze.

Als het kerstpakket loon is, hoe dient dan te worden omgegaan met een kerstpakket voor een uitzendkracht?

Uitzendkrachten zijn in de regel geen werknemers van de publiekrechtelijke lichamen. Zij zijn werknemer bij het uitzendbureau. Het komt in de praktijk vaak voor dat ook uitzendkrachten een kerstpakket ontvangen vanuit het publiekrechtelijk lichaam als bedankje voor de inzet. Ook hier geldt dat het kerstpakket kwalificeert als loon. Het uitzendbureau is in dit geval verantwoordelijk voor de (inhouding en) afdracht van de loonheffingen. Het uitzendbureau heeft vervolgens de keuze dit loon mee te nemen in de loonstrook van de werknemer, of net als onder 1. aan te wijzen als eindheffingsloon.

De vraag die zich voordoet is: hoe weet het uitzendbureau dat zij het kerstpakket moeten aangeven? Het antwoord op de vraag is dat de inlenende organisatie – het publiekrechtelijk lichaam dus – dient door te geven aan het uitzendbureau. Dat impliceert dat wordt bijgehouden aan wie wat is verstrekt. Wordt dit niet bijgehouden, dan kan worden gebruikgemaakt van een andere eindheffingsmethodiek, namelijk van die voor loon aan derden. In dat geval kan de inlenende organisatie zelf de belasting betalen, ook al kwalificeren de uitzendkrachten niet als werknemers van de publiekrechtelijke organisatie.

De eindheffing bedraagt:

  • 45% tot een bedrag van € 136
  • 75% voor alles met een waarde boven de € 136

Het is wel handig het uitzendbureau op de hoogte te brengen dat gebruik is gemaakt van de eindheffingsmethodiek loon aan derden.

Als het kerstpakket loon is, hoe dient dan te worden omgegaan met een kerstpakket voor een zzp’er?

Als zzp’ers hetzelfde kerstpakket krijgen als werknemers en uitzendkrachten, dan is dit een alarmbel. Dit is een alarmbel, omdat de vraag opkomt of de zzp’er een échte zzp’er is of dat niet feitelijk sprake is van schijnzelfstandigheid.

De vraag is in eerste instantie in hoeverre de zzp’er daadwerkelijk zelfstandig is en niet écht zij-aan-zij werkzaamheden verricht binnen het team (inbedding). Als sprake is van een échte zzp’er, dan is geen sprake van loon. In dat geval hoeft het kerstpakket niet te worden verloond of te worden gealloceerd aan de vrije ruimte.

Meer weten over schijnzelfstandigheid? Klik dan <hier> voor ons artikel in een eerdere nieuwsbrief. Wist je dat wij regelmatig zzp-trainingen verzorgen? Wij maken een op maat gemaakte training met een beoordelingstool. Interessant voor u en/of uw organisatie? Neem dan contact met ons op via 072 5350525 of stuur een mail naar training@efkbelastingadviseurs.nl.

Hoe dient het kerstpakket te worden verantwoord in het financieel pakket voor btw-doeleinden?

Voor het verstrekken van kerstpakketten dient onderscheid te worden gemaakt tussen personeel en niet-personeel (externe). Voor personeel geldt dat de btw op aanschaf van de kerstpakketten verantwoord wordt overeenkomstig het forfaitair percentage. Hoe anders is dit voor kerstpakketten welke worden aangeschaft voor niet-personeel. Hiervoor geldt dat sprake is van een verstrekking aan derden en dat de btw op de aanschafkosten niet compensabel is (mogelijk wel deels verrekenbaar, dit is afhankelijk van hoe de kerstpakketten in de administratie worden verantwoord). Het niet vorderbare aandeel van de btw zorgt direct voor een extra kostenpost voor de kerstman- of vrouw. Het is dan ook verstandig bij de begroting van de kerstpakketten stil te staan bij de diverse btw-behandelingen, zodat het budget niet wordt overschreden.

Heeft uw organisatie hulp nodig bij de fiscale consequenties van de kerstpakketten? Neem dan gerust contact op met uw EFK-adviseur of ons secretariaat via 072-5350525, of stuur een e-mail naar info@efkbelastingadviseurs.nl.




Btw-verhoging op cultuur, media en sport “mogelijk” van tafel

Bij de bekendmaking van het Belastingplan 2025 heerste grote teleurstelling binnen de cultuur-, media- en sportsector vanwege de geplande btw-verhoging per 2026 van 9% naar 21%. De btw-verhoging roept zorgen op over hogere kosten voor consumenten en de negatieve impact op de toegankelijkheid van culturele en sportieve activiteiten. In ons vorige artikel <klik hier> stonden wij stil bij deze zorg en de mogelijke gevolgen voor gemeenten. 

Debat Belastingplan 2025

Tijdens het debat over het Belastingplan 2025 gaf minister E. Heinen van Financiën (VVD) aan dat hij gezamenlijk met zowel de coalitie als de oppositie naar een alternatief wil zoeken voor de geplande btw-verhoging op cultuur, sport en media. De toezegging volgt op de brede bezorgdheid over de negatieve impact van de maatregel op deze vaak kwetsbare sectoren, die sterk afhankelijk zijn van gemeentelijke subsidies en bedrijfssponsoring. Hoewel de minister bereid is naar een oplossing te zoeken, betekent dit niet dat de btw-verhoging definitief van tafel is. Een besluit hierover wordt pas later genomen, zodra meer duidelijkheid is over een alternatieve financiering.

In de aanloop naar de voorjaarsnota — de tussentijdse bijstelling van de begroting — streeft de minister ernaar de benodigde € 1,3 miljard te vinden om de btw-verhoging terug te draaien, zonder dat dit ten koste gaat van andere essentiële uitgaven. Het doel is een financieel haalbaar alternatief te vinden dat zowel binnen de coalitie, als in bredere politieke kringen voldoende draagvlak heeft. De komende maanden zal intensief overleg plaatsvinden om de opties te onderzoeken die de negatieve gevolgen voor de cultuur-, sport- en mediasector voorkomen of verzachten, zonder dat de begroting uit balans wordt gebracht.

Btw-verhoging logies

De verhoging van het btw-tarief voor overnachtingen in kortverblijfaccommodaties, zoals hotels, pensions en vakantiewoningen, lijkt vrijwel zeker door te gaan. Vanaf 2026 wordt het btw-tarief voor dit soort overnachtingen verhoogd naar 21%. De maatregel zal een brede groep treffen binnen de toeristische sector. Het hogere tarief geldt niet alleen voor reguliere hotelovernachtingen, maar ook voor kortlopende verhuur van accommodaties, bijvoorbeeld voor studenten, asielzoekers en werknemers. In de Eerste Kamer lijkt hiertegen relatief minder bezwaar, wat erop wijst dat de maatregel kan rekenen op brede politieke steun.

Wij houden u via onze nieuwsbrief op de hoogte van verdere ontwikkelingen. Heeft u in de tussentijd vragen of behoefte aan meer informatie? Neem dan gerust contact op met uw EFK-adviseur of ons secretariaat via 072-5350525, of stuur een e-mail naar info@efkbelastingadviseurs.nl.

 

 




Fietsparkeren bij stations en btw

Het ondergronds faciliteren van fietsparkeren is een logische keuze in grote steden waar de ruimte beperkt is en de wens voor een ordelijke straatbeeld groeit. Ook kleinere gemeenten – die de toenemende vraag naar centrale en efficiënte fietsvoorzieningen ervaren – denken actief mee over een nieuw, eenduidig arrangement voor fietsparkeren bij stations. Wij van EFK Belastingadviseurs ondersteunen momenteel diverse gemeenten bij het vinden van een passende fiscale behandeling voor het ontwikkelen van dit nieuwe arrangement. 

Fietsparkeren is op dit moment een hot topic bij veel gemeenten en komt voort uit een gezamenlijke inspanning van verschillende partijen, waaronder NS, ProRail, de VNG en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). Om de ambities voor fietsparkeren bij stations te realiseren, werken partijen aan het versnellen van de processen door juridische en fiscale drempels weg te nemen. In dit kader treden de NS, ProRail, de VNG en IenW momenteel actief in overleg met gemeenten om afspraken te maken over het ontwikkelen en het exploiteren van fietsparkeerterreinen. Hierbij streven zij naar een eenduidige fiscale behandeling die voor alle betrokken gemeenten toepasbaar is.

Langs deze weg attenderen wij gemeenten dat het streven naar een eenduidig fiscaal behandelplan voor alle gemeentelijke fietsparkeerprojecten een mooi streven is, maar in de praktijk nogal weerbarstig uitwerkt. Dit komt doordat de feiten in elk project verschillen. Gedacht kan worden aan afwijkingen in eigendomsposities. Hierdoor kan bijvoorbeeld niet worden gesproken van fiscaal gelijke gevallen en dus van fiscaal gelijke behandelingen.

Bent u zich ervan bewust dat elk project zorgvuldig dient te worden beoordeeld op de eigen fiscale merites. Dit betekent dat gemeenten, in samenwerking met hun interne fiscalist of EFK-adviseur én eigen belastinginspecteur, zelf aandacht dienen te besteden aan de fiscale aspecten van fietsparkeerprojecten, zodat de gekozen aanpak goed aansluit bij de gemeente specifieke uitgangspunten en wensen.

Wilt uw gemeente ook een passende fiscale behandeling voor fietsparkeerprojecten ontwikkelen of een huidig plan fiscaal laten toetsen op risico’s en kansen? Neem dan contact op met uw EFK-adviseur of ons secretariaat via 072-5350525, of stuur een e-mail naar info@efkbelastingadviseurs.nl.




Scheiden, sorteren en registeren van verpakkingsafval: verleggingsregeling

Zoals u waarschijnlijk bekend is, voert EFK Belastingadviseurs voor meerdere gemeenten belastingprocedures over het scheiden, sorteren en registreren van verpakkingsafval. Wij stellen namens de gemeenten dat zij daarbij niet als btw-ondernemer optreden. Een van onze andere stellingen is dat het scheiden, sorteren en registreren van verpakkingsafval een verwerkingsdienst is waarop (dus) de verleggingsregeling van toepassing is. In een uitspraak van 15 augustus 2024 heeft Gerechtshof Amsterdam ons in het ongelijk gesteld over het optreden anders dan als btw-ondernemer, maar op het punt van de toepasselijkheid van de verleggingsregeling ons in het gelijk gesteld. Het Hof meent dat het scheiden, sorteren en registreren van verpakkingsafval onderdeel zijn van het recyclingproces.

De verwachting is dat de staatssecretaris van Financiën hiertegen beroep in cassatie zal instellen.

Als de Hoge Raad eveneens beslist dat gemeenten wel als btw-ondernemer optreden maar de verleggingsregeling van toepassing is, dan betekent dit naar onze mening dat een redelijke wetstoepassing met zich meebrengt dat de correcties voorbelasting (fiscaal en compensatiefonds) weliswaar in stand zouden blijven, maar dat de belastingrentebeschikkingen worden vernietigd. Voor de correcties voorbelasting geldt namelijk dat het spiegelcorrecties zijn. Sinds 1 januari 2024 geldt voor spiegelcorrecties dat de belastingrente wordt verminderd. Dit geldt ook voor op 1 januari 2024 nog “niet onherroepelijk vaststaande heffingen” (door bezwaar en beroep) inzake spiegelcorrecties. Voor de gemeenten die deelnemen aan de procedure zou dit tot gevolg moeten hebben dat zij de in rekening gebrachte belastingrente niet hoeven te betalen.

Overigens dient nog te worden vermeld dat EFK Belastingadviseurs het oordeel dat gemeenten optreden als btw ondernemer, hetgeen naar onze mening voor het scheiden, sorteren en registreren van verpakkingsafval niet terecht is, aan de Hoge Raad zullen voorleggen. Uiteraard zullen wij u, zoals u van ons bent gewend, op de hoogte houden van de uitkomst. Als u meer wilt weten over de procedure neemt u dan contact op mr. M.G.M Pot (06-12743795) of via ons secretariaat 072-5350525.

 




Nieuwsflits – Prinsjesdag: Belastingplan 2025 

Afgelopen dinsdag, 17 september 2024, presenteerde het kabinet het Belastingplan 2025 aan de Tweede Kamer. Wij hebben de meest relevante maatregelen voor de gemeentelijke praktijk voor u op een rij gezet. 

Afschaffing verlaagd tarief voor kunst, boeken, cultuur, sport en hotelovernachtingen 

Voor Tabel I bij de Wet op de omzetbelasting 1968, waarin de categorieën diensten en goederen zijn opgesomd waarop het verlaagde btw-tarief mag worden toegepast, wordt in het Belastingplan 2025 voorgesteld een aantal posten per 1 januari 2026 te laten vervallen. Het betreft de posten voor: 

  • kunst (onderdeel a, post 29),  
  • boeken (onderdeel a, post 30),  
  • het uitlenen van boeken (onderdeel b, post 2),  
  • het geven van gelegenheid tot sportbeoefening en baden (onderdeel b, post 3),  
  • het verstrekken van logies voor kort verblijf (onderdeel b, post 11),  
  • het verstrekken van toegang tot musea (onderdeel b, post 14, onder c),  
  • podiumkunsten (onderdeel b, post 14, onder d, en post 17),  
  • toegang tot sportwedstrijden en dergelijke (onderdeel b, post 14, onder f) en het digitaal leveren of uitlenen van boeken (onderdeel b, post 21).  

 

Gemeentelijke praktijk 

Gemeenten bieden regelmatig diensten en activiteiten aan die onder de genoemde categorieën vallen, zoals sportfaciliteiten en toegang tot musea en theaters. De voorgestelde wijzigingen in het Belastingplan 2025 hebben mogelijk gevolgen voor de administratie en financiën van door de gemeente gesubsidieerde instellingen. Zo kan de verwachte afschaffing van het verlaagde btw-tarief leiden tot minder bezoekers van lokale culturele instellingen, zoals theaters en musea, waardoor inkomsten dalen en mogelijk een groter beroep wordt gedaan op de gemeentelijke subsidies. In dit kader adviseren wij gemeenten voor het jaar 2025 de subsidievoorwaarden zorgvuldig te bekijken en na te gaan wat daarin is opgenomen en of mogelijk extra financiële risico’s op de gemeenten afkomen.  

Daarnaast zal per 1 januari 2026 het lage btw-tarief voor logies, waaronder hotel-, pension- en vakantiediensten, worden afgeschaft en vervangen door het algemene btw-tarief van 21% (uitgezonderd kamperen). Dit heeft implicaties voor de gemeentelijke kostenverantwoording, met name in het kader van de regionale coördinatie van de vluchtelingenspreiding (RCVS). Gemeenten zijn vanaf 1 januari 2024 verantwoordelijk voor de coördinatie, inclusief de informatievoorziening omtrent vluchtelingen <klik hier>. Het afschaffen van het verlaagde btw-tarief betekent dat de kosten voor logies, bijvoorbeeld voor Oekraïense vluchtelingen, in de gemeentelijke administratie moeten worden aangepast naar het algemene btw-tarief van 21%. Gelet op de bekostiging door het Rijk/COA zal de financiële impact hierin beperkt zijn. 

Ook sportaanbieders worden getroffen door de btw-verhoging van 9% naar 21%, mits zij een winstoogmerk hebben. Het afschaffen van het verlaagde btw-tarief kan echter slechtere exploitatiesaldi voor sportfaciliteiten veroorzaken, wat mogelijk leidt tot een verhoogde gemeentelijke exploitatiebijdrage. Ook hier adviseren wij gemeenten de bestaande afspraken met de commerciële organisaties zorgvuldig te bekijken, en waar nodig te handelen, naar de contractuele mogelijkheden. 

Uitbreiding van de herzieningsregeling voor onroerende zaken 

In de Wet op de omzetbelasting 1968 en de Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968 is een regeling opgenomen voor de herziening van de vooraftrek van btw in het geval dat het gebruik van een investeringsgoed wijzigt. De Wet op de omzetbelasting 1968 en de daarop gebaseerde lagere regelgeving voorzien op dit moment echter niet in de mogelijkheid btw op diensten over meerdere jaren te herzien. 

In het Belastingplan 2025 wordt voorgesteld de herzieningsregeling per 1 januari 2026 uit te breiden naar diensten met betrekking tot onroerende zaken. Dit betekent dat ook de btw op bepaalde diensten, zoals onderhoud en investeringen in gebouwen, opnieuw beoordeeld (‘herzien’) kan worden als het gebruik van de onroerende zaak wijzigt. Hierbij merken wij op dat de herzieningstermijn die het kabinet heeft gekozen vijf boekjaren per dienst betreft, in plaats van de tien boekjaren die gelden voor de levering van onroerende zaken en dat een drempelbedrag van € 30.000 (exclusief btw) per investeringsdienst geldt. De herziening zal dus ook van toepassing zijn als geen sprake is van een wijziging in de constructie van de onroerende zaak. Gemeenten zullen daarom voor elke verbouwing of investering van meer dan € 30.000 (exclusief btw) een monitoringsprogramma moeten opzetten en bepalen of de herzieningstermijn van vijf of tien jaar van toepassing is.  

Gemeentelijke praktijk 

In de praktijk kan het voorkomen dat een btw-aftrekrecht wordt gecreëerd voor een verbouwingsdienst dat uiteindelijk voornamelijk wordt gebruikt voor btw-vrijgestelde prestaties. Door de nieuwe maatregel worden gemeenten verplicht de eerder toegepaste btw-aftrek vijf jaar lang te herzien (vier jaar voor 1/5 deel, na het eerste jaar), waarbij de aftrek wordt vergeleken met het gebruik van de dienst in dat jaar (voor belaste of vrijgestelde prestaties). Bij het wijzigen van het gebruik dient de initiële btw-aftrek te worden gecorrigeerd. Maar leidt dit bijvoorbeeld ook tot een aanvullend recht op compensatie wanneer de gemeente een kantoorpand niet meer btw-belast verhuurt aan een derde, maar na twee jaar het pand zelf gaat gebruiken? Wij missen hier de spiegelvariant. U ook? 

Wilt u meer weten over de gewijzigde maatregelen? Neemt u dan gerust contact op met uw EFK-belastingadviseur via 072 5350525 of stuur een e-mailbericht naar info@efkbelastingadviseurs.nl. Wij denken graag met u mee! 




Maak kennis met onze nieuwe collega!

Wij zijn verheugd aan te kondigen dat Halbe van de Berg zich bij ons team heeft gevoegd als onze nieuwste btw/BCF adviseur. Met zijn uitgebreide ervaring bij de Belastingdienst en grote advieskantoren, brengt Halbe een schat aan kennis en expertise met zich mee. Wij kijken ernaar uit samen met Halbe te werken aan het verder versterken van onze diensten en onze klanten nog beter te ondersteunen. Welkom aan boord, Halbe! Wij kijken uit naar een geweldige samenwerking!




Volg ons op social media!

Wil je altijd op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen op het gebied van fiscaliteit en het laatste nieuws over EFK Belastingadviseurs? Volg ons dan op onze social media kanalen!

Op Instagram en LinkedIn delen wij regelmatig waardevolle updates, handige tips en inzichten in de wereld van belastingadvies. Maar dat is niet alles – wij geven je ook een kijkje achter de schermen bij EFK Belastingadviseurs en houden je op de hoogte van wat er speelt binnen ons bedrijf.

Volg ons op Instagram via @efkbelastingadviseurs en op LinkedIn via EFK Belastingadviseurs om niets te missen!




Verken Amersfoort met een fiscale blik: doe mee met onze Fiscale Stadswandeling!

Werk jij bij een gemeente, provincie of waterschap en draag je dagelijks bij aan de verbetering van onze leefomgeving? Dan ben je vast bekend met de fiscale uitdagingen die gepaard gaan met elk project. Om je te helpen deze beter te begrijpen, nodigen wij je uit voor een bijzondere ervaring: de Fiscale Stadswandeling door Amersfoort.

Wat maakt deze wandeling bijzonder?

Tijdens deze wandeling bekijk jij de stad door een fiscale bril, onder begeleiding van een deskundige gids. Terwijl je door de historische straten van Amersfoort wandelt, ontdek je de fiscale aspecten van de projecten en infrastructuren die je tegenkomt. Van stadsvernieuwing tot openbaar groen – alles heeft een fiscale kant. De gids wijst je op valkuilen en mogelijkheden, zodat je deze kennis direct kunt toepassen in je eigen werk.

Voor wie is dit een aanrader?

Deze stadswandeling is speciaal ontworpen voor beleidsmakers en projectleiders, maar iedereen die werkzaam is in de publieke sector en geïnteresseerd is in fiscaliteit, is welkom. Het is een unieke kans om samen met collega’s praktische kennis op te doen in een inspirerende omgeving.

Waarom zou jij deelnemen?

Deze wandeling is niet alleen informatief, maar ook een waardevolle gelegenheid om samen met collega’s kennis te delen en te netwerken. Door de praktijkgerichte uitleg wordt fiscale kennis tastbaar en direct toepasbaar. Het is een leerzame middag die jou helpt met nieuwe inzichten terug te keren naar jouw werkplek.

Praktische informatie:

  • Datum: 22 oktober 2024
  • Tijd: 13:00 – 16:30 uur
  • Locatie: De exacte startlocatie in Amersfoort ontvang je na aanmelding.
  • Kosten: Deelname is kosteloos.

Aanmelden?

Wil jij meewandelen en je fiscale kennis verrijken? Meld je dan aan via training@efkbelastingadviseurs.nl of bel ons op 072 5350525. Wees er snel bij, want het aantal plaatsen is beperkt. Wij kijken ernaar uit om samen met jou op 22 oktober de verborgen fiscale kanten van Amersfoort te ontdekken!




Zet een stap vooruit: schrijf je in voor de btw/BCF zesdaagse!

Fiscale uitdagingen binnen overheidsorganisaties zijn aan de orde van de dag. Of het nu gaat om complexe btw-regels of het omgaan met het BTW-Compensatiefonds (BCF), één ding is zeker: fiscale kennis is een must om risico’s te minimaliseren en kansen te benutten. Daarom nodigen wij je uit voor onze btw/BCF Zesdaagse – een intensieve opleiding die je expertise naar een hoger niveau tilt.

Waarom deze training?
Dit is niet zomaar een training. Dit is jouw kans om dieper te duiken in de wereld van de btw en het BCF. Je krijgt niet alleen kennis, maar ook praktische tools en inzichten die je direct in jouw organisatie kunt toepassen. Of je nu een fiscaal adviseur of controller bent, deze opleiding bied je de handvatten om met vertrouwen de complexe fiscale uitdagingen aan te gaan. Na deze zes dagen ben jij de expert waar je organisatie op kan rekenen.

Wat ga je leren?
Wij gaan verder dan theorie. Je werkt aan praktijkgerichte casussen, verdiept je in de nieuwste jurisprudentie, en scherpt je vaardigheden aan met behulp van ervaren trainers. Elke dag is zorgvuldig opgebouwd om je stap voor stap te begeleiden door de meest relevante en uitdagende aspecten van de btw en het BCF.

Wanneer en waar?
Wij starten op 1 oktober 2024 in ‘s-Hertogenbosch. De sessies vinden om de twee weken plaats, zodat je voldoende tijd hebt om het geleerde in de praktijk te brengen. De data zijn: 1, 15 en 29 oktober, 12 en 26 november, en 10 december.

Investeer in je toekomst
De kosten voor deze zesdaagse opleiding bedragen € 3.150,- exclusief BTW. Dit is inclusief toegang tot de digitale leeromgeving, up-to-date studiemateriaal en uitstekende catering. Een investering die zich dubbel en dwars terugbetaalt in de vorm van meer controle en grip op jouw fiscale uitdagingen.

Klaar om je te onderscheiden?
Wacht niet te lang! Schrijf je vandaag nog in door een e-mail te sturen naar training@efkbelastingadviseurs.nl. Heb je vragen of wil je meer informatie? Bel ons gerust op 072 5350525.

Mis deze unieke kans niet om jouw fiscale expertise te versterken en je organisatie fiscaal in control te brengen en te houden!

 




Aanpassingen in de VBAR voorafgaand aan de beoordeling door de Raad van State

Het zzp- dossier is een waar hoofdpijndossier. Al vanaf de invoering van de Wet DBA (‘Wet Deregulering Arbeidsrelaties’) in 2016 wordt gezocht naar de heilige graal om zogenaamde schijnzelfstandigheid tegen te gaan.

Deze heilige graal is gevonden in het wetsvoorstel VBAR ‘Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden’. Deze wet moet de oplossing bieden tegen schijnzelfstandigheid door aanpassing van de kwalificatie van de arbeidsovereenkomst (art 7: 610 BW).

De VBAR merkte initieel een arbeidskracht aan als werknemer indien sprake is van:

  • Ondergeschiktheid/ werkinhoudelijke aansturing;
  • Organisatorische inbedding;
  • Het niet werken voor eigen rekening en risico.

Vanuit de landen is veel kritiek gekomen op de VBAR in deze vorm. De voorgestelde wet zorgt niet voor duidelijkheid en gevreesd wordt voor additionele lastenverzwaring en moeilijkheden ten aanzien van de uitvoering.

Daarom is het wetvoorstel aangepast. De organisatorische inbedding is namelijk niet opgenomen in het wetsvoorstel dat naar de Raad van State is verzonden eind juni (https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-sociale-zaken-en-werkgelegenheid/nieuws/2024/06/21/meer-duidelijkheid-over-werken-met-en-als-zelfstandige-wetsvoorstel-naar-raad-van-state). De verwachting is dat de Raad van State elk moment zijn advies uitbrengt. De invoering van de VBAR wordt verwacht op 1 januari 2026.

Betekent dit dat organisatorische inbedding niet meer relevant is?

Nee, op grond van de jurisprudentie is de organisatorische inbedding wel degelijk een factor aan de hand waarvan kan worden beoordeeld of de arbeidskracht een werknemer of een zelfstandige is. In de Deliveroo-zaak is bepaald dat de volgende elementen relevant zijn voor de beoordeling of sprake is van een werknemer of zelfstandige:

  • De aard en duur van de werkzaamheden.
  • De wijze waarop de werkzaamheden en werktijden worden bepaald.
  • De inbedding van het werk en degene die de werkzaamheden verricht in de organisatie.
  • Het al dan niet bestaan van de verplichting de werkzaamheden persoonlijk uit te voeren.
  • De wijze waarop de overeenkomst tot stand is gekomen.
  • De wijze waarop de beloning wordt bepaald.
  • De mate waarin de arbeidskracht een commercieel risico loopt.
  • De mate waarin de arbeidskracht zich in het economische verkeer als ondernemer gedraagt.

De Belastingdienst gaat handhaven per 1 januari 2025, maar waarop?

Het handhavingsmoratorium vervalt met ingang van 1 januari 2025. De Belastingdienst gaat dan de strijd aan met schijnzelfstandigen. De Belastingdienst zal daarbij gebruik maken van de bestaande jurisprudentie en de inkleuring van bepaalde begrippen door lagere rechters.

Wat kan jouw organisatie doen?

Breng de inhuur in kaart en zorg dat duidelijk omschreven is wat jullie processen zijn. Zorg daarnaast voor een monitoringsagenda en bewaar de uitkomsten van de monitoring in de administratie.

Wat kan EFK betekenen?

Moeten jullie nog beginnen? Overweeg dan deel te nemen aan de online zzp- training. EFK organiseert maandelijks een laagdrempelige training waarin de wet- en regelgeving nader wordt toegelicht. Daarnaast worden handvatten geboden voor het opstellen van processen. De trainingen vinden plaats op 8 oktober 2024 en 19 november 2024  en u kunt zich hier aanmelden.

Heeft u het zzp-dossier op uw to-do lijst staan, maar komt u er niet aan toe? De adviseurs van EFK kunnen u assisteren bij de inventarisatie, het opstellen van processen, de implementatie en de afstemming met de Belastingdienst.

 




De WKR-administratie is nog te vaak niet op orde!

Het einde van het jaar nadert. Dat betekent dat de WKR weer op de ‘to do lijstjes’ terecht komt. In dit artikel staan wij stil bij de meest voorkomende WKR-fouten en hoe deze aan te vliegen.

Onze ervaring leert dat de WKR-fouten binnen publiekrechtelijke organisaties zich onderscheidt in:

  1. Het niet of niet tijdig aanwijzen; en
  2. Het onjuist of onvolledig labelen van de loonbestanddelen.

Niet of niet tijdig aanwijzen

Voordat uw organisatie als werkgever zijnde iets geeft aan haar werknemers, dient zij de keuze te hebben gemaakt wie de eventuele loonbelastingheffing voor zijn rekening neemt (aanwijzen). De werkgever of de werknemer. Dit is relevant omdat eventuele belasting verschuldigd is op het moment dat uw organisatie iets verstrekt aan haar werknemers (het loongenietingsmoment*). Wij zien in de praktijk dat het aanwijzen veelal te laat plaatsvindt, namelijk lang nadat de verstrekking aan de werknemer heeft plaatsgevonden. Bij veel publiekrechtelijke organisaties vindt dit pas plaats in februari van het opvolgende jaar als de berekening voor de WKR/ vrije ruimte wordt gemaakt.

Ter illustratie: uw organisatie verstrekt aan haar werknemers een horloge wegens het 100 jarig bestaan van de organisatie. De horloges worden verstrekt op 1 augustus 2024. Het genietingsmoment van het voordeel (het loon) is 1 augustus 2024. Vóór 1 augustus dient de organisatie aan te wijzen of zij dan wel de werknemers de loonbelasting dragen. Maakt de organisatie de keuze na 1 augustus 2024 of helemaal niet, dan is feitelijk niet tijdig aangewezen. Het gevolg van het niet of niet tijdig aanwijzen is dat de werknemers de loonbelasting betalen. Het horloge voelt dan aan als een sigaar uit eigen doos.

Ons advies: zorg dat alle vergoedingen en verstrekken aan werknemers vooraf worden gelabeld. Dit kan per incident, maar het is makkelijker te werken met een levend document waarin vooraf duidelijk is hoe uw organisatie wil aanwijzen (aanwijsdocument of aanwijsbesluit).

* De theoretische uitleg van het loongenietingsmoment is te complex om volledig te beschrijven in dit artikel.

Onjuist of onvolledig labelen van de loonbestanddelen

Een aanwijsdocument of aanwijsbesluit is een handig document voor degene die verantwoordelijk is voor de financiële administratie. Met een aanwijsdocument is zichtbaar op welke wijze loonbestanddelen worden gelabeld (bijvoorbeeld: gerichte vrijstelling, nihil-waardering en vrije ruimte).

Handige controletools in het EFK Fiscaal Beheersysteem

Zonder aanwijsdocument loopt uw organisatie het risico dat de WKR-labelling niet of niet juist plaatsvindt. Bij EFK Belastingadviseurs bieden wij via ons Fiscaal Beheersysteem diverse tools welke uw organisatie kunnen ondersteunen bij het controleren van de WKR-labelling en het achterhalen van gemiste WKR-boekingen. Door het verrichten van controles krijgt uw organisatie inzichtelijk in welke mate zij compliant is voor de WKR en wat gedaan kan worden om de huidige processen te verbeteren.

Binnenkort geven wij diverse gratis sessies over de ins en outs van het EFK Fiscaal Beheersysteemsessies. Meer weten of aanmelden?

(Inhouse) WKR-trainingen

Hebt u vragen over de WKR of behoefte aan een training? Neemt u dan gerust een kijkje bij ons trainingsaanbod, klik hier! Wij verzorgen onze trainingen op aanvraag ook inhouse.

Liever even sparren met één van onze loonheffingenspecialisten? Neemt u dan gerust contact op met uw EFK-belastingadviseur via 072 5350525 of stuur een e-mailbericht naar info@efkbelastingadviseurs.nl. Wij denken graag met u mee!

 

 

 




Handboek Controle Belastingdienst aangepast

Per juli 2024 is het Handboek Controle door de Belastingdienst aangepast <klik hier>. Met name op het gebied van steekproeven is er een interessante wijziging te melden.

In het handboek is een materialiteitstabel toegevoegd welke ziet op tijdvakken die beginnen op of na 1 januari 2024 (zie pagina 50 Handboek Controle Belastingdienst). Controles die zien op tijdvakken voor 1 januari 2024 zullen nog gebruik maken van de “oude materialiteitstabel”.

Het grootste verschil tussen de twee tabellen zijn met name de bedragen met betrekking tot de omvang van de organisatie. In beide tabellen zijn nog steeds 11 verschillende materialiteitsschijven opgenomen.  De schijven van de omvang van de organisatie (totale lasten van de organisatie voor bestemming) zijn aangepast, waaraan de materialiteit is gekoppeld. Ook de bedragen van de hoogte van de materialiteit zijn gewijzigd. Zo is de materialiteitschijf voor kleine ondernemingen met een omvang van € 0 tot € 300.000 en € 300.000 en € 500.000 samengevoegd. Hiermee is er ruimte gekomen om bij de hogere omvang van organisaties een extra materialiteitschijf toe te voegen. Hierdoor komt de hoogste materialiteit uit op € 6.000.000 waarbij dit in de “oude materialiteitstabel” uitkwam op € 3.000.000.

Gevolg is dat het aantal steekproefposten (welke aan de hand van de tabel wordt berekend) per steekproefonderzoek mogelijk naar beneden gaat. Dat klinkt in beginsel positief – er worden immers minder posten getrokken. Echter, het minder trekken van posten leidt tot een hogere steekproefinterval. De populatie waarover de steekproefposten wordt getrokken blijft hetzelfde, maar wordt in grotere mootjes gehakt. Gevolg hiervan is dat mocht er uit de steekproef een fout worden geconstateerd, de fout een groter deel van de populatie vertegenwoordigt en daarmee dus leidt een hogere correctie in euro`s.

Wat nu als er een steekproefcontrole wordt uitgevoerd over het boekjaar 2023 en 2024? In dit geval zal de steekproefcontrole op basis van verschillende materialiteitstabellen worden bepaald en kan dit leiden tot een verschil in het aantal te trekken steekproefposten en de hoogte van het steekproefinterval. Het is dan ook van belang om te kijken aan de hand van het boekjaar welk tabel bij een steekproefcontrole dient te worden toepast.

EFK Belastingadviseurs trekt maandelijks steekproeven voor haar klanten. Dit zijn zowel aselecte postensteekproeven als geldeenheidsteekproeven. Wist u dat het trekken van steekproeven een service is vanuit het EFK Fiscaal Beheersysteem?

Mocht u meer te weten willen komen over steekproeven in het algemeen, het opzetten van steekproeven voor de interne controle, steekproeven binnen DHT of een steekproefonderzoek van de Belastingdienst, neem contact op met uw EFK adviseur of bel naar EFK Belastingadviseurs op 0725350525. Tijdens de cursus EFK Fiscale compliance komt de steekproefmethodiek en alle zaken er omheen, uitvoerig aan bod.




Dinkelland; invorderingsrente, het forfaitaire percentage en mengpercentages

De procedure gemeente Dinkelland gaat over het al dan niet vergoed krijgen van invorderingsrente als een teruggaaf van btw het gevolg is van het herstel van interne fouten en zelf vastgestelde wijzigingen van het forfaitair percentage door de gemeente. De uitkomst is bekend: een beroep op invorderings-/Irimierente wordt afgewezen. Maar wat zegt de zaak over het forfaitair percentage?

Procesverloop

De rechtbank Gelderland heeft in deze zaak op 26 oktober 2022 prejudiciële vragen gesteld < klik hier >, het Hof van Justitie heeft arrest gewezen op 22 februari 2024 < klik hier > en aan de hand hiervan heeft de rechtbank een definitief eindoordeel vastgesteld in haar uitspraak van 3 juli 2024 < klik hier >. Uit de stukken kan worden afgeleid op welke wijze de praktijk is omgegaan met het forfaitair percentage, die in de stukken ook wel als mengpercentage of verdeelsleutel wordt aangeduid. Waar wij het in dit geval over hebben, is het verdelen van btw die op algemene kosten in rekening wordt gebracht en die dient te worden toebedeeld aan compensabele, btw-belaste en kostprijsverhogende activiteiten.

Bij het invoeren van het BTW-compensatiefonds in 2003 is in de meeste gevallen op begrotingsbasis en aan de hand van de verdeling van (hulp)kostenplaatsen een forfaitair percentage vastgesteld en afgestemd met de Belastingdienst. Veelal is een meerjarenafspraak gemaakt dat -zolang geen wezenlijke verandering in de activiteiten van de gemeente plaatsvond – het afgestemde percentage van kracht blijft. Dit heeft ook zo voor gemeente Dinkelland (hierna de gemeente) afgespeeld. In 2013 heeft de gemeente nog met de Belastingdienst een nieuwe verdeelsleutel afgestemd (97,3% compensabel, 0,4% recht op aftrek en dus 2,3% kostprijsverhogend). Afgestemd is dat deze verdeling gedurende een aantal jaren kon worden toegepast.

In een brief uit september 2017 informeert de gemeente de Belastingdienst dat door wijzigingen in de boekhoudkundige regels voor gemeenten (Besluit Begroting en Verantwoording (BBV)) en in de wijziging van activiteiten (wij denken dat hierbij wordt geduid op de transitie Sociaal Domein per 2015) de verdeling niet meer passend is. Een nieuwe verdeling wordt voorgesteld namelijk 90,77% compensabel, 8,23% recht op aftrek en 1,00% kostprijsverhogend. Het heeft even geduurd voordat hierop een akkoordverklaring kwam. De wijziging  met betrekking tot het BBV is namelijk voor alle gemeenten (en provincies) van toepassing, daarom heeft bij de Belastingdienst eerst afstemming op nationaal niveau plaatsgevonden en is uiteindelijk in 2020 de uitkomst daarvan kenbaar gemaakt.

We kunnen concluderen dat op landelijk niveau afstemming heeft plaatsgevonden over hoe de berekening van het forfaitair percentage dient plaats te vinden, zonder echter de berekeningsmethodiek zelf te kennen  Wij gaan ervan uit dat dit plaatsvindt op basis van inzet van personeelsleden van de gemeente. De staatssecretaris heeft namelijk bij invoering van het BTW-compensatiefonds aangegeven dat een omzetverhouding geen juiste methode is. In het informatiepakket 2003 is op pagina 31 opgenomen:

Het hanteren van omzetverhoudingen als uitgangspunt voor de splitsing van omzetbelasting (zoals voor de heffing van omzetbelasting gebeurt) is niet mogelijk. Daarom moet een splitsing plaatsvinden op basis van het werkelijke gebruik. Dit werkelijke gebruik wordt vastgesteld aan de hand van de feiten en omstandigheden van het voorliggende geval. Om deze reden is het niet mogelijk om een standaardberekeningswijze te formuleren waarlangs de splitsing moet plaatsvinden. Als uitgangspunt geldt echter dat bij de splitsing moet worden uitgegaan van objectief toetsbare gegevens (zoals m2- / m3-verhoudingen of het aantal voltijdsformatieplaatsen).

Resteert nog de vraag of je als gemeente volgens de procedure Dinkelland – zoals dat in het verleden plaatsvond – nog meerjarenafspraken kunt maken met de Belastingdienst of dat jaarlijks het forfaitair percentage dient te worden berekend.

In het arrest van het Hof van Justitie (r.o. 43 en verder) wordt aangegeven dat de btw-richtlijn geen regeling bevat inzake methoden of criteria die de lidstaten moeten toepassen bij het verdelen van de voorbelasting die aan de economische en de niet economische activiteiten dient te worden toegerekend (pre pro rata). Wel dienen lidstaten – met eerbiediging van de beginselen die aan het gemeenschappelijke btw-stelsel ten grondslag liggen – methoden en criteria vast te stellen, zodat belastingplichtigen de nodige berekeningen kunnen maken. Opvallend is dat eigenlijk van de zijde van de Belastingdienst hier een passieve houding wordt aangenomen, terwijl het HvJ een actieve rol verlangt. De verdeling dient in ieder geval evenredig te zijn en dient objectief weer te geven welk deel van de btw aan de twee activiteiten (economisch en niet-economisch) toerekenbaar is. Elke passende verdeelsleutel mag worden toegepast. Een lidstaat mag een belastingplichtige toestaan of verplichten een verdeelsleutel over zijn algemene kosten vast te stellen. De toerekening heeft, volgens een bericht van de rechtbank Gelderland aan het HvJ, plaatsgevonden volgens het werkelijke gebruik. Op basis van de nieuwe systematiek is aansluitend een suppletieverzoek ingediend voor de vijf voorafgaande jaren.

Gemeentelijke praktijk

Door een suppletieverzoek in te dienen op basis van het werkelijke gebruik, heeft de belastingplichtige de bestaande meerjarenafspraak met de Belastingdienst opgezegd. Wij kunnen ons goed voorstellen dat de belastingplichtige hierdoor de verplichting op zich heeft genomen, jaarlijks haar forfaitair percentage te herijken en af te rekenen. Immers, dit heb je als gemeente altijd al te doen op je mengpercentages op activiteitsniveau en daar neem je nu ook je mengpercentage op je algemene kosten in mee. Immers, in de eerbiediging van het btw-stelsel ligt opgeslagen dat je zoveel mogelijk de inkoop-btw evenredig en objectief toerekent aan de verschillende activiteiten. In het kader van de Doorontwikkeling Horizontaal Toezicht naar onze mening ook een kenmerk dat je als gemeente ‘in control’ wil zijn en mede daarom deze jaarlijkse activiteit in uw Tax Control Framework hebt opgenomen.

Wilt uw gemeente ook jaarlijks haar forfaitair percentage laten berekenen of controleren, neem contact op met uw EFK adviseur of ons secretariaat via 072-5350525 of stuur een mailbericht naar info@efkbelastingadviseurs.nl en vraag naar de mogelijkheden.

 




Kennisgroepstandpunt: recht op BCF ondanks privégebruik werknemer

Onlangs verscheen vanuit de kennisgroep omzetbelasting (OVI) een standpunt over het recht op bijdrage uit het BTW-compensatiefonds voor de in rekening gebrachte btw over de aanschaf van een elektrische auto en een laadpaal.

Een provincie stelt een elektrische auto inclusief laadpaal ter beschikking aan een medewerker. De laadpaal wordt geplaatst op het thuisadres van de medewerker. Zowel de auto als de laadpaal worden zowel zakelijk als privé gebruikt. Uit de feiten blijkt dat de medewerker alleen werkzaam is in de overheidssfeer van de provincie.

De provincie heeft de btw op aanschaf van de auto en de laadpaal niet in aftrek gebracht. Aan de kennisgroep is de vraag gesteld of ondanks het privégebruik recht op een bijdrage uit het BTW-compensatiefonds bestaat. Het antwoord op deze vraag luidt ja, de provincie heeft recht op teruggaaf van de voorbelasting via het BTW-compensatiefonds.

Wij kunnen ons volledig vinden in het standpunt van de kennisgroep. In feite had hierover geen standpunt gewezen hoeven te worden, nu in het Besluit van 20 oktober 2008 hierover al duidelijkheid is gegeven. In dit besluit staat opgenomen dat een compensatiegerechtigd lichaam ten aanzien van personeelsvoorzieningen geen correctie hoeft toe te passen op het recht op compensatie.




Kruisje verkeerd gezet? BTW niet uitgekeerd!

Publiekrechtelijke organisaties vragen veelal meerdere malen per jaar diverse subsidies aan bij het Rijk. Onderdeel van het subsidie-aanvraagformulier is de vraag of de btw voor de organisatie verhaalbaar is via het BTW-compensatiefonds. Het niet juist invullen van deze vraag, kan de organisatie geld kosten!

Wat voor gevolgen heeft het aankruisen van het vakje “Ja” of “Nee” bij de vraag of de btw vorderbaar is via het BTW-compensatiefonds?

  • Bij “Ja” keert het Rijk uit exclusief btw en stort zij de btw in het BTW-compensatiefonds.
  • Bij “Nee” keert het Rijk uit inclusief de niet te verhalen btw.

De gedachtegang hierachter is dat wanneer uw organisatie zegt “Ja” ik kan de btw volledig verhalen, dat zij de btw dan zelf terugvraagt bij het BTW-compensatiefonds en niet ook nog eens uitgekeerd krijgt door het Rijk.

Voor het Rijk maakt het eigenlijk niet uit hoe het antwoord luidt, want in beide gevallen is zij hetzelfde bedrag kwijt. Als de vraag door uw organisatie echter foutief wordt beantwoord is het RIJK onverbiddelijk. Waarom is voor ons een raadsel. Hieronder beschrijven wij een actuele casus.

De casus betreft de SPUK-uitkering voor tijdelijke huisvesting van aandachtsgroepen. In het aanvraagformulier heeft de gemeente per abuis het vakje “Ja” aangekruist. Hiermee geeft de gemeente aan dat zij de btw kan vorderen via het BTW-compensatiefonds en krijgt zij als gevolg het aangevraagde bedrag exclusief btw uitgekeerd van het Rijk. De gemeente heeft dit hersteld voordat formeel werd beschikt op de subsidieaanvraag. Ondanks het herstel heeft de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (hierna: RvO) besloten dat de uitkering exclusief btw moet worden uitgekeerd. Concreet betekent dit dat de gemeente een substantieel bedrag mist en noodgedwongen het besteedbaar budget voor de tijdelijke opvang van aandachtgroepen heeft bijgesteld.

Ook op het ingediende bezwaarschrift tegen de beperkte subsidietoekenning beslist het RvO negatief. Tegen dit besluit loopt momenteel een beroepsprocedure bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven, welke wij begeleiden. Naar onze mening dient evenwicht te bestaan tussen enerzijds de SPUK-uitkering en anderzijds het al dan niet kunnen compenseren van de btw. Hieruit volgt dat wanneer ten onrechte “Ja” is ingevuld bij de vraag of de btw compensabel is, de mogelijkheid dient te bestaan dat de storting in het BTW-compensatiefonds in zoverre ongedaan wordt gemaakt en dat deze gelden alsnog worden uitgekeerd aan de betreffende gemeenten (bijvoorbeeld via de SISA-verantwoording).

Door de huidige werkwijze van subsidieaanvragen bij het Rijk komt het regelmatig voor dat publieke organisaties minder gelden hebben te besteden voor de te subsidiëren doeleinden. Het is dan ook altijd verstandig een subsidieaanvraag te laten toetsen door een fiscalist. Hulp nodig of vragen over dit onderwerp? Neemt u dan gerust contact op met uw EFK-belastingadviseur via 072 5350525 of stuur een e-mailbericht naar info@efkbelastingadviseurs.nl. Wij denken graag met u mee!




Maak kennis met onze nieuwe collega’s

Met trots verwelkomen wij twee nieuwe collega’s in onze EFK familie: Lucinde Kostelijk en Dorinda van den Akker.

Lucinde (links op de foto) is sinds mei 2024 de nieuwe ‘spin in het web’ op ons secretariaat. Met haar inzet en toewijding zorgt zij ervoor dat alles op rolletjes loopt. Lucinde is verantwoordelijk voor het ontvangen van de deelnemers aan onze trainingen op locatie Alkmaar. Zij zorgt ervoor dat u zich gelijk welkom voelt. Verder organiseert zij de uitjes voor onze EFK familie. Zo heeft Lucinde recent de jaarlijkse EFK barbecue georganiseerd. Haar organisatorische talent en oog voor detail maakte het een zeer succesvol uitje.  

Dorinda (rechts op de foto) verwelkomen wij sinds 1 juni 2024 binnen ons fiscaal team als ‘Adviseur btw/BCF & Compliance’. Als fiscaal adviseur beschikt Dorinda over zes jaar werkervaring, waardoor zij snel hands-on bij EFK aan de slag is gegaan. Naast haar werk zit Dorinda momenteel in de afrondende fase van haar WO-studie Fiscaal Recht. In haar nieuwe rol binnen EFK zal Dorinda nauw samenwerken met gemeenten, provincies en waterschappen om hen te ondersteunen bij het uitvoeren van fiscale controles en te voorzien van fiscale advisering.  

Welkom aan boord, Lucinde en Dorinda!




Volg EFK Belastingadviseurs nu ook op social media!

Wij zijn verheugd aan te kondigen dat EFK Belastingadviseurs nu ook actief is op diverse sociale media platforms! U kunt ons volgen op zowel Instagram als LinkedIn voor de nieuwste updates, interessante artikelen en waardevolle fiscale tips.

Volg ons op instagram via @EFKbelastingadviseurs en op LinkedIn 

Wat kunt u verwachten? 

  • Actuele Informatie: Blijf up-to-date over de nieuwste ontwikkelingen en regelgeving in de fiscale wereld. 
  • Handige Tips: Ontvang praktische adviezen die u direct kunt toepassen in uw dagelijkse werkzaamheden. 
  • Exclusieve Inzichten: Lees interviews en artikelen van onze experts over uiteenlopende fiscale onderwerpen. 
  • Community: Maak deel uit van een groeiende gemeenschap van professionals en deel uw ervaringen en vragen. 

 

Wij kijken ernaar uit met u te verbinden en u te voorzien van de informatie die u nodig heeft om uw werk nog beter te kunnen doen. Volg ons vandaag nog en mis niets van de leuke en waardevolle content die wij met u willen delen! 




Het nieuwe blauwe boek: ze vliegen de deur uit!

In onze vorige nieuwsbrief kondigde wij aan dat de nieuwste versie beschikbaar is van het blauwe boek ‘Fiscale Verkenning Gemeente, btw is compensabel, tenzij…’. Dit onmisbare standaardwerk voor overheidsorganisaties is razend populair en de exemplaren vliegen de deur uit!

Het blauwe boek biedt actuele inzichten in de fiscale regelgeving omtrent de btw/BCF, specifiek gericht op overheidsorganisaties. Ronald Zwaan van Team Effect, gemeente Hollands Kroon, deelt zijn positieve ervaring: “Ik maak er veel gebruik van. Een fantastisch naslagwerk!” 

Wilt u ook profiteren van deze waardevolle bron? Aarzel dan niet en stuur een bericht met uw gegevens naar ons secretariaat via info@efkbelastingadviseurs.nl 




Nieuw en verbeterd EFK Fiscaal Beheersysteem met AI-integratie

Het EFK Fiscaal Beheersysteem (EFK FBS) ondergaat deze zomer een significante upgrade. Het nieuwe platform garandeert de beste beveiliging en prestaties, kent nieuwe geavanceerde functionaliteit en een volledige integratie met kunstmatige intelligentie (AI). Wat kunt u verwachten? 

Of u nu al klant bent of overweegt klant te worden, u kunt genieten van de voordelen die dit systeem met zich meebrengt. De voordelen zijn: 

  • Samenwerken is nog nooit zo makkelijk geweest! Het nieuwe systeem is volledig geïntegreerd in uw Microsoft Teams omgeving, waardoor u fiscale dossiers kunt opbouwen binnen het systeem met een directe link naar uw persoonlijke EFK-belastingadviseur.  
  • Persoonlijk AI-assistent. U heeft toegang tot actuele fiscale btw/BCF-informatie via uw AI-assistent Tessa of handmatig via de zoekbalk.   
  • Hulp bij uitvoering fiscale controles! Het systeem bevat bestaande en nieuwe functionaliteiten die u ondersteunen bij uw fiscale controles, denkt u bijvoorbeeld aan de geïntegreerde steekproeven (geschikt voor de Belastingdienst), data analyses voor o.a. de werkkostenregeling en door Belastingdienst aanvaarde controlematrixen.   
  • Eenvoudig en snel zoeken! Het systeem biedt een verbeterde organisatie van uw fiscale dossiers, waarmee u meer overzicht en structuur krijgt in uw fiscale zaken. Het EFK FBS maakt het mogelijk met een intelligente zoekfunctie te zoeken binnen uw dossiers. Waar men voorheen veel tijd kwijt was met het op een juiste wijze opslaan van de fiscale dossiers om de vindbaarheid op een later tijdstip te vergroten, is dit nu verleden tijd. 

 

Premium Optie: AI met persoonlijke omgeving  

 Voor degenen die op zoek zijn naar een meer gepersonaliseerde ervaring biedt het nieuwe systeem een premium optie, waarbij de AI-assistent – in combinatie met onze kennis en uw opgebouwde fiscale dossiers – u kan voorzien van betere antwoorden.   

Dit nieuwe platform is ontworpen uw bedrijfsvoering te ondersteunen en te vereenvoudigen, zodat u zich nog meer kunt concentreren op uw kernactiviteiten. De eerste review over Tessa is al binnen van Hans van den Berg, Financieel beleidsmedewerker bij gemeente Gemert-Bakel: “Ik kreeg toevallig net een BTW vraag van een collega die ik dan ook maar meteen heb gesteld aan Tessa en ik kreeg ook gelijk een goed antwoord terug, lijkt dus geweldig te werken!!” 

Bent u nieuwsgierig geworden naar wat het verbeterde Fiscaal Beheersysteem met  AI-integratie voor uw praktijk kan betekenen? Neemt u dan gerust contact op met uw EFK-belastingadviseur via 072 5350525 of stuur een e-mailbericht naar info@efkbelastingadviseurs.nl. Wij vertellen u graag meer!